maandag 26 november 2012

Intermezzo – Gemeenteraad (1)

De Voorzitter: ‘Dan is nu aan de orde agendapunt 6. Ik geef daarvoor graag het woord aan De Wethouder.’
De Wethouder: ‘Om te beginnen wil ik hier zeggen dat ik ontzettend blij ben met het initiatief van de raad.’
Het Raadslid: ‘Het raadsinitiatief.’
De Wethouder: ‘Klopt. Ik ben ontzettend blij met het raadsinitiatief. Wel hebben we nog drie jaar nodig voor een visie.’
Het Raadslid: ‘Drie jaar?’
De Wethouder: ‘Ja, drie jaar voor de invulling van de visie.’
Het Raadslid: ‘O, drie jaar voor de invulling van de visie.’
De Wethouder: ‘De visie is er natuurlijk al eerder.’
Het Raadslid: ‘Mooi, dan zitten we op één lijn.’
De Wethouder: ‘Dan de startnotitie.’
Het Raadslid: ‘Het startdocument.’
De Wethouder: ‘Inderdaad. Het startdocument zou onze visie kunnen zijn.’
Het Raadslid: ‘Het startdocument uw visie? Nee, het startdocument is uw plan van aanpak.’
De Wethouder: ‘Het plan van aanpak is onze visie.’
Het Raadslid: ‘Nee, uw plan van aanpak is het startdocument van uw visie.’
De Wethouder: ‘Uiteraard.’
Het Raadslid: ‘Mooi, dan zitten we weer op één lijn.’
De Wethouder: ‘Dan naar de visie van het raadsinitiatief.’
Het Raadslid: ‘De visie van het initiatiefvoorstel.’
De Wethouder: ‘Ja, u heeft gelijk: de visie van het initiatiefvoorstel. In onze ogen een prima plan van aanpak.’
Het Raadslid: ‘Nee, visie.’
De Wethouder: ‘Ja, natuurlijk: de visie van het initiatiefvoorstel op het plan van aanpak voor de visie is in onze ogen prima.’
Het Raadslid: ‘Heel mooi, dan zitten we nog steeds op één lijn.’
De Wethouder: ‘Vooral die raadscommissie juichen we enorm toe.’
Het Raadslid: ‘Commissie uit de raad.’
De Wethouder: ‘U heeft volkomen gelijk: het is een commissie uit de raad.’
Het Raadslid: ‘Want dat is een wezenlijk onderdeel van de invulling van de visie.’
De Wethouder: ‘Jazeker, de raadscommissie is een wezenlijk onderdeel van de invulling van het initiatiefvoorstel. Dat staat zo ook in het startdocument.’
Het Raadslid: ‘In het plan van aanpak.’
De Wethouder: ‘Nee, in de visie.’
Het Raadslid: ‘In de visie op het raadsvoorstel?’
De Wethouder: ‘Nee, in de invulling van de commissie uit de raad.’
Het Raadslid: ‘Zoals verwoord in het initiatiefvoorstel?’
De Wethouder: ‘Vanzelfsprekend!’
Het Raadslid: ‘Geweldig, dan zitten we weer helemaal op één lijn.’
De Voorzitter: ‘Helder. Dan is dat zo besloten. Fijn dat er nu eindelijk duidelijkheid is geschapen in dit lastige dossier. De burgers zullen ons weer dankbaar zijn. Dan gaan we nu over naar agendapunt 7.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten