maandag 4 november 2013

Intermezzo – Populieren

Onlangs (op Arte) Teorema gezien, een film van Pier Paolo Pasolini uit 1968. Anderhalf uur genoten, hoewel ik er nog niet de helft van begreep (klik om ’m hier te bekijken – Engelse ondertiteling).

Dankzij Tante Pollewop meteen daarna ook het (bijna) gelijknamige boek gelezen. Even prachtig, al zou ik ook daarvan nog niet de helft weten te duiden.
In T(h)eorema barst het van de populieren. Niet dat ze een hoofdrol spelen, wel een belangrijke bijrol. Film en boek zijn doordrenkt van melancholie en Pasolini lijkt de populieren te gebruiken om die melancholie te verzinnebeelden. Ze staan bijvoorbeeld nooit in de volle zon, altijd in een flets, omfloerst licht.
‘De populieren die als doorschijnende kathedralen tegen de asgrauwe, nog ijzig koude lucht afsteken.’ (p. 70)
‘Op de achtergrond wordt het platteland zichtbaar, een trillend doorschijnend panorama van populieren waarvan de eerste blaadjes de aarzelende kleur van de aarde hebben, en de weinige knoppen nog zijn opgekruld als dorre bladeren.’ (p. 97)
‘Er zit iets onnatuurlijks in het onnoemelijke aantal populieren dat velden en hemel links, rechts, voor en achter omlijst; lijsten van populieren, zo weids als exercitiepleinen of oosterse esplanaden, of ook smal en afgemeten als grondvlakken van kathedralen. De ene doorzichtige rij na de andere tot in het oneindige: een schuine rij schijnt door een rechte rij heen; een rechte rij schijnt door een andere rechte heen, die er parallel aan loopt; en die schijnt weer door een volgende, die er loodrecht op staat.’ (p. 97-98)
‘De kathedralen van populieren volgen elkaar doorschijnend op maar lopen al snel vast op een muur van stilhangende mist.’ (p. 141)
‘Dan komt ze langs een kleine populiergaard waar de bomen dicht op elkaar staan in regelmatige, onafzienbaar lange rijen die verzweven in de droevig stralende zon.’ (p. 142)
Voor een top 5 van Horster populiergaarden is het nog wat vroeg. Wel zou ik alvast een lans willen breken voor het populierenbosje aan de Rotvenweg. Hooguit een hectare groot, desondanks filmische potentie van heb ik jou daar.
Pasolini beschouwt als ik het wel heb elke afzonderlijke populier als een kathedraal. Ik zou de populiergaard aan de Rotvenweg in z'n geheel als kathedraal willen bestempelen. Hoofdingang aan de Rotvenweg; priesterkoor daar recht tegenover, te bereiken via een breed middenpad; verder een imposant schip en machtige gewelven. Het prachtige ellipsvormige silhouet laten we dan nog buiten beschouwing (evenals de foeilelijke boerderette die het vrije zicht daarop belemmert).
Wat Pasolini links laat liggen is het ruisen van de populieren. Terwijl dat toch evenmin te versmaden is. Ook daarvoor kun je aan de Rotvenweg terecht, zowel in de zomer
als in de herfst (beluister het verschil door op beide pijltjes te klikken).
Welke Horster cineast gaat de filmische potentie van de populiergaard aan de Rotvenweg benutten? Mochten de heren (zijn er ook filmende Horster dames?) nog verlegen zitten om inspiratie dan kan ik ze behalve Theorema ook Novecento aanraden (ga naar 47.00 minuten; ook als het geen populieren mochten blijken te zijn blijft de scène geweldig):
En anders wel The Suspended Step of the Stork, een van de meesterwerkjes van de Griekse grootheid Theo Angelopoulos:

Geen opmerkingen:

Een reactie posten